Het beloofde een mooie dag te worden maar de mist was nog maar nauwelijks verdwenen op dit vroege uur in september. Linda had haar adem net niet lang genoeg in kunnen houden toen de lift hen naar boven bracht. Ze nam een diepe teug lucht. Dat was beter. Ze huiverde een beetje en sloeg haar vest wat dichter om haar lijf. ‘Gaat het?’
Ze keek Peter niet aan.
Ze zei niks.
Haalde kort haar schouders op.
Wat moest ze zeggen?
De galerij op de zevende echode naargeestig toen ze samen naar de woning liepen. Dus hier zou ze dan voortaan lopen. Met haar boodschappen. Nou ja, zoveel had ze straks natuurlijk niet meer nodig.
‘Zal ik?’
Peter opende de deur.
Binnen wachtte een donkere bedompte hal. Linda aarzelde even voor ze over de drempel stapte.
De keuken lag aan de galerij.
Hij was oud. Muf. Vet.
De woningbouwvereniging had al gezegd dat er nog het nodige aan de woning zal worden opgeknapt.
‘Nog aardig ruim Lin, daar valt best wat van te maken toch?’
Linda liep door naar de badkamer. ‘Mijn hemel, ik wist niet dat dit nog bestond?’
Ze keek naar het oude lavet waarboven een oude douchekop hing.
Ze dacht aan haar stoomdouchecabine in de luxueuze badkamer thuis die Peter en zij zelf ontworpen hadden.
De cabine waarin Peter en Manon……Notabene haar een na beste vriendin!
‘Lin, je hoeft niet!’
Ze liep verder. Aan de grote slaapkamer grensde een klein balkon.
Ze opende de deur en leunde over de balustrade. Door een waas van tranen keek ze toe hoe de eerste zonnestralen het industrieterrein van zijn grauw verloste.
Ze voelde hoe Peter achter haar kwam staan. Voorzichtig sloot hij haar in zijn armen.
‘Lieverd, blijf alsjeblieft bij me’.
Ze zuchtte diep.
‘Denk jij dat hier nog best wat moois uit kan komen?’
Geschreven voor Plato’s schrijfuitdaging voor de maand september: ‘Schrijf een verhaal in precies 300 woorden. Het onderwerp is deze maand ‘renoveren‘. Dit woord mag zelf niet in de tekst voorkomen. Zie voor meer verhalen:
http://platoonline.wordpress.com
Plaats een reactie