–fictief–
Het was inmiddels tien uur.
De meiden waren al naar boven.
Tandenpoetsen.
En dan slapen.
Kees was er nog steeds niet.
Overwerken.
Ja ja.
Zeker samen met die nieuwe secretaresse.
Inez was het meer dan zat.
Ze schonk nog maar een glaasje in.
Mocht zij ook eens wat?
Met haar voeten onder haar benen plofte ze weer op de bank.
In haar eigen hoekje.
Het zijne was leeg.
En koud.
Akelig leeg.
En koud.
Zal ze hem een berichtje sturen?
Gewoon:
Vragen of hij zo kwam.
Of misschien een spannend berichtje.
Net als vroeger.
Als ze daar nog aan dacht!
Misschien was dat het wel.
Misschien was ze gewoon saai.
Te saai voor hem.
Met haar wasgoed.
Haar aardappels
en haar stomme staartje.
Inez pakte de spiegel uit de hal.
Ze was nog maar een schim.
Bleek.
Hol.
Kleurloos.
Seksloos.
Inez hing de spiegel terug en liep naar boven.
De meiden waren stil.
Ze deed haar kast open.
Ergens moest ze nog dat setje hebben liggen.
Ze had het nooit gedragen.
Het was haar te ordinair.
Maar voor vanavond was het ideaal.
Misschien zou het setje haar huwelijk wel redden.
Kijk, daar is het.
En het paste ook nog.
Nadat ze haar haar had bevrijd van het elastiekje en zich zwaar had opgemaakt ging Inez weer naar beneden.
Kwart voor elf.
Hij zou nu echt zo wel komen.
Best spannend.
Ze pakte vast een extra glas en schonk het hare nog eens vol.
Misschien kon ze vast een muziekje uitkiezen…
…Om half drie schoot Inez overeind.
Ze moest in slaap gevallen zijn.
Heel zachtjes hoorde ze de buitendeur dichtvallen.
Daar zul je hem hebben.
Kees.
Eindelijk.
Inez stond op en sloeg haar armen voor haar buik.
‘Zo. Lekker overgewerkt Kees?’
Geschreven voor de schrijfuitdaging van Plato.
Zie voor meer verhalen:
http://Platoonline.wordpress.com/2014/04/25/we-twisten
Plaats een reactie