Vandaag is M. jarig, de eerste ex van Zus waar ze 16 jaar mee is geweest tot ze de verloving verbrak en de kuierlatten nam naar Groningen. M. was altijd als een broer voor mij geweest. Pas later hoorde ik van mijn moeder wat er wérkelijk aan de hand was geweest. Iets wat mijn zus tot in het diepst van haar ziel gekwetst moet hebben. We hebben er nooit veel woorden over gesproken.
Ik hoor niets meer van M.
Alles is weg. Ook hij. Terwijl hij er nog is.
Alles, waarvan ik altijd gedacht had dat het voor altijd zou zijn.
Gek, maar als ik herinneringen ophaal aan gelukkige tijden vroeger zijn het altijd de alledaagse dingen die voor mijn geestesoog verschijnen. Die spelen zich zo weer haarscherp af in mijn hoofd. De klink van tuindeuren hoor ik desgewenst weer krakend en wel opengaan op de eerste mooie lentedag, terwijl de beige, bruine en ecru kralen opgewonden tegen elkaar tikken zodra ze weer bevrijd worden uit hun winterse embrasses. ‘Leg jij even een broodje neer voor de vogeltjes Kind?’
Ik zie me luisteren naar de radio die ik naast me op het krukje heb gezet.
Veertien miljoen mensen, en op een daarvan ben ik verliefd. Ik denk aan hem. Ton. Theo. Martin. Rik. Mike. Marco. Ja, ik was altijd wel op iemand verliefd.
‘Ton vroeg gister nog waar je was’, zegt Zus als ze in haar korte broek naast me komt zitten voor de kippenren. We trainen allebei bij Lycurgus. Een spinnetje springt van de muur van het schuurtje en landt even op mijn stoel voor het weer verder springt op de warme grindtegels. Mam komt naar buiten met broodjes. ‘Toe Fen, schenk jij even de melk in’.
Dat soort momenten.
Uiteindelijk blijken dat soort banale momenten de herinneringen te vormen die je uiteindelijk nog het dierbaarst zijn.
Het is soms nog zo volstrekt onbegrijpelijk dat ze er alledrie nu niet meer zijn. Soms denk ik er weleens aan om contact proberen te leggen met mijn Zus. Maar ik doe het niet. Als ze het nodig vindt zal ze mij heus wel weten te bereiken. Ze was per slot van rekening een halve sjamaan / heks en zo sensitief als het maar kan.
Ik denk ook eigenlijk dat het voor ons levende mensen niet de bedoeling is om de dood proberen te begrijpen, maar het leven moeten leren begrijpen en waarderen
Leren lèven.
Daar draait het volgens mij om.
De dood volgt dan wel weer als we dood zijn.
Alles op zijn tijd.
Plaats een reactie